CONATUS
De zeventiende eeuw verstond onder conatus de ‘impuls tot beweging’, de impuls waarmee een ding in beweging wordt gebracht. In de tegenwoordige natuurkunde staat conatus bekend als ‘impuls’: het product van massa en snelheid.
De grote filosofen/natuurkundigen van de zeventiende eeuw, Descartes, Hobbes, Huygens, Leibniz, gebruikten conatus in de natuurkundige zin van het woord. Volgens Spinoza moet conatus worden begrepen als ‘zijnsimpuls’, de oorsprong en zijnskern van elk ding, die uiteindelijk samenvalt met de substantie, dat wil zeggen met God.
Conatus, essentie en definitie zijn volgens Spinoza synoniemen. Conatus verklaart waaróm de dingen zijn, essentie dát de dingen zijn, definitie wát de dingen zijn.
Conatus is de macht waarmee elk ding zich in het bestaan ontplooit. Toename van macht is goed; afname is slecht. Spinoza zet de christelijke ethiek op zijn kop door uit te gaan van de vergelijking goed : kwaad = macht : onmacht.